Hotze de Roos is op 24 november 1909 geboren in Langezwaag, in Friesland dat nu deel uitmaakt van de gemeente Opsterland. Hij was het derde kind uit een gezin met vijf kinderen. Zijn vader had een middelgroot bouwbedrijf en is enige tijd loco-burgemeester van de gemeente Opsterland geweest.
Als kind was Hotze de Roos een jongen die er met zijn jongere broer veel op uittrok. Met z’n tweeën haalden ze heel wat kattenkwaad uit en waren heel vaak aan de waterkant te vinden. Op het water is Hotze de Roos weinig geweest, want zijn vader had geen geld om een boot te kopen.
Na de lagere school en de ambachtsschool is hij op 17-jarige leeftijd begonnen als timmerman bij een aannemer. Begin 1930 werd hij als gevolg van de crisis van de jaren dertig werkloos. In 1932 nam Hotze de Roos deel aan een werkgelegenheidsproject rond de bouw van de eerste volkshogeschool van Nederland, het Allardsoog in Bakkeveen, een plaatsje op het punt waar de provincies Friesland, Groningen en Drente aan elkaar grenzen.
In deze tijd schreef hij ook stukjes voor de krant die voor en door de werklozen werd gemaakt. Hotze de Roos beschreef hierin zijn ervaringen tijdens het project. Zijn teksten vielen op bij Dr. H.G.W. van der Wielen en Dr. H.D. de Vries Reilingh, nogal bekende figuren uit het Friese culturele leven, die hem hebben gestimuleerd met schrijven door te gaan. In de daaropvolgende jaren kwam er alleen niet veel van schrijven. Hotze de Roos ging in het Westen werken, in Krommenie, en trouwde in 1937 met Wiebrigje Krikke.
Tijdens en na de Tweede Wereldoorlog schreef hij de verhalen die hij op zijn werk hoorde op en verwerkte die in 1948 in een boek dat hij de titel gaf ‘ Sietse en Hielke, de belhamels van de dorpssmid’. Met dit manuscript stapte hij op de fiets en reed naar Alkmaar, naar Uitgeverij Kluitman. Naar zijn mening was Kluitman dé toonaangevende jeugdboekenuitgeverij van Nederland.
Na een aantal weken kreeg De Roos antwoord dat zijn manuscript zou worden uitgegeven. De oorspronkelijke titel ( Sietse en Hielke, de belhamels van de dorpssmid ) werd echter veranderd in ‘De schippers van de Kameleon’. Hiermee was de uitgave van het eerste deel uit een van de meest populaire jeugdseries van Nederland een feit. De eerste uitgave werd geïllustreerd door Pol Dom.
Al snel vroeg Uitgeverij Kluitman aan Hotze de Roos een vervolg te schrijven op ‘de Schippers’. Hij had intussen ook een ander boek geschreven: ‘De Zigeuners van Akkerwoude’. Dit boek werd ook uitgegeven, gevolgd door een nieuw deel over de tweeling Hielke en Sietse Klinkhamer, ‘Kameleon, ahoy!’. De Roos werkte nu zowel aan de Kameleon-serie als aan de Akkerwoude-serie. Van de laatst genoemde verscheen een tweede deel, ‘Hiep hiep hoera voor Akkerwoude’, maar tot een derde deel kwam het niet. De uitgeverij Kluitman zag weinig brood in deze serie. Na deze halve valse start concentreerde De Roos zich vanaf begin jaren 50 volledig op de Kameleon. In de jaren daarna zouden nog 59 kameleondelen verschijnen, waarmee de Kameleonserie niet alleen een van de grootste en langstlopende series jeugdboeken van Nederland is geworden, maar ook ontzettend populair is gebleven bij jong én oud (volwassenen blijken de boeken nog het meest te lezen..!).
Tot 1991 zijn er meer dan 13 miljoen exemplaren verkocht. In Nederland is dit waarschijnlijk het hoogste aantal boeken dat ooit van een nog in leven zijnde auteur van jeugdboeken werd verkocht. Het aantal verkochte exemplaren ligt nu hoger dan 15 miljoen ! Het grote succes van de Kameleon-serie , ligt voor een belangrijk deel in de herkenbaarheid van de in de boeken beschreven avonturen en situaties. In 1980 kreeg Hotze De Roos zijn eerste en laatste prijs voor zijn oeuvre : een zilveren pen van een basisschool uit het Friese Terherne. Een officiële prijs heeft hij vreemd genoeg nooit mogen ontvangen. Wel werd hij in 1991 nog genomineerd voor de Publieksprijs 1991.
Op 15 oktober 1991 is Hotze de Roos op 81-jarige leeftijd in zijn woonplaats Krommenie overleden. Daarvoor was al, in overleg met hem, enige tijd naar iemand gezocht die de serie zou gaan doorschrijven. De nieuwe boeken worden geschreven door een auteur die de pseudoniem “P. de Roos” gebruikt.
Op 7 juli 2001 werd er een standbeeld voor hem onthuld in Terherne. Bij de fans beter bekend als het Kameleondorp een dorp in Friesland, waar ze de sfeer van de kameleonboeken proberen na te bootsen. Door de onthulling van dit standbeeld heeft H De Roos toch nog de erkenning gekregen die hij zo verdiende. Jammer genoeg voor Hotze zelf, kwam deze erkenning echter te laat.